'Als je een steen op de weg laat liggen,
struikelen je kinderen erover'
Dit is een Surinaams spreekwoord.
Ik had een heleboel stenen verzameld in mijn rugzak. Deze heb ik van mijn kinderjaren af verzameld. Gaandeweg leerde ik hoe ik mij tussen de stenen door kon bewegen. Hoe ik ze kon ontwijken en mij in allerlei bochten wringen zodat we ons onbedoeld en ongewild niet aan elkaar zouden stoten. Ondertussen bezeerde ik mij regelmatig. Maar daarover sprak ik niet. Ik vroeg geen hulp en loste het zelf op.
Tot gaandeweg het besef kwam dat mijn rugzak vol en zwaar was. Ik kreeg het inzicht dat ik stenen meesjouwde die niet van mij waren. Daarvan werd ik moe en ik raakte opgesloten in mijzelf.
Eén voor één begon ik de stenen aan te kijken, te onderzoeken wat van mij was en wat van de ander. Wat een klus om elke steen aan te kijken en op te ruimen. Daar is veel moed en liefde voor nodig.
Maar ik wilde dit doen omdat ik vrijer wilde leven. Ik wil mij niet verbergen en maar voor de helft leven. Ik wil mijn stenen niet voor mijn (klein)kinderen of anderen laten liggen. Want zij zouden zich weer stoten aan de stenen die ik niet heb opgeruimd. Ik verlang ernaar om het èchte leven te leven. Het leven te vieren met alles wat daar is aan verdriet, gemis maar ook schoonheid en spontaniteit.
Ik ben er nog niet klaar mee en stoot me nog regelmatig. Geduld is onontbeerlijk: geduld met mezelf en geduld van anderen met mij. Ik struikel, val en sta weer op.
Het is te groot om alleen te dragen, maar dit hoef ik gelukkig niet te verbergen. We hebben elkaar nodig om ons leven volledig tot het onze te maken en ons leven voluit te leven.
Rijma