We zijn er vaak heel goed in om elkaar moed in te spreken door goed bedoelde adviezen te geven. Het zit in onze natuur om meteen met goede raad klaar te staan. Op zich een goede eigenschap. Meestal zijn het clichés, halve waarheden en hele onwaarheden. Je zou dit ook rouwsluiers kunnen noemen: ze vertroebelen het zicht op wat rouw is en maken een rouwproces moeilijker.
Een paar rouwsluiers wil ik hier noemen:
‘De tijd heelt alle wonden’
Tijd is belangrijk, maar niet genoeg. Zoals een wond verzorging nodig heeft, heeft ook gemis aandacht nodig. Oók als het al lang geleden is. De wond is verzacht, maar niet weg. Zo is het ook met hartenpijn: deze vraagt om zorg, aandacht en liefdevol omgaan met jezelf. Begrijpen wat er gebeurt, is ook nodig. Het helpt als je omgeving betrokken is. Om mensen betrokken te laten zijn, is het van belang dat je hen betrekt. Sluit jezelf niet op. Jij blijft zelf de regie behouden, selecteer zelf de mensen met wie je wat wilt delen.
‘Tel je zegeningen’
Graag willen wij ‘helpen’ en proberen het verdriet weg te werken. Dit kan op veel manieren, zoals bijvoorbeeld erop wijzen wat iemand nog wél heeft, waarvoor je dankbaar moet zijn. Hierdoor zou je je schuldig kunnen gaan voelen. En proberen de sombere gevoelens weg te duwen. In feite worden de emoties ontkend en wordt er niet ingegaan op de behoefte aan wat je nodig écht hebt om emoties te delen.
‘Je kunt er maar beter niet zoveel over praten’
Niets maakt eenzamer dan niet mogen spreken over waar het hart vol van is. Een kleine groet als: ‘ik denk aan je’, ‘Ik leef met je mee’, Red je het een beetje?’ kan al zo’n bemoediging zijn. Op sociale bijeenkomsten zoals verjaardagen etc. wil men elkaar nog wel eens ‘ontzien’ door er maar niet over te praten, ‘want het is zo pijnlijk voor de ander’. Maar zwijgen is zout in de wonden.
‘Je kunt maar het beste zo snel mogelijk weer gaan werken’
Het wordt vaak flink gevonden, als na een ingrijpend verlies, het gewone leven weer snel opgepakt wordt. Maar hier is geen algemene regel voor te geven. Alleen jijzelf kan bepalen wat je nodig hebt: niet te snel en niet te laat terug keren naar het leven van alledag, waar
het leven altijd anders zal zijn. Het is iedereen toe te wensen dat collega’s en werkgevers aandacht geven, aanwezig zijn, een kaartje sturen en begrip hebben voor jouw situatie.
Door deze clichés kun je je onzeker gaan voelen en kunnen gaan denken dat het aan jezelf ligt dat je nog verdrietig bent. Eén van de gevolgen is, dat het verdriet niet meer gedeeld wordt, het verdriet wordt ingehouden. Wie zich op deze manier ‘flink’ gedraagt, wordt beloond met het compliment: ‘Wat ben je toch flink’. Ja, ‘flink’ zijn, maar er zit zoveel onder verborgen.
Dit kan ertoe leiden dat je in twee werelden gaat leven. Een binnenwereld en een buitenwereld.
Durf kwetsbaar te zijn en deel met iemand wat jou bezig houdt.
Delen is helen.